In die tijd was er "de patronage".
De onderpastoor van St-Pieters, E.H. Massion had een bloeiende groep bijeen gekregen (100 man).
Elke zondag om 15 uur ging iedereen naar het lof. Na zijn vertrek naar St Aleydis waar hij pastoor wordt brokkelt de groep echter af.
Gaston Marchal die toen voorzitter was van "de Patronage" voelde dat er iets moet gebeuren.
We schrijven 1938.
De St. Pieterskerk is zopas voltooid, zandige hoogten sluiten de F.Gaystraat nog in en de Donkerstraat verdient haar naam nog.
Gaston Marchal komt toevallig in contact met Andre Sijcens die D.C. (Districtcommisaris) was bij VVKS.
Zo ontstaat de 5de Brussel Oost die toen de naam Sint-Joris kreeg. Bij het verbond wordt bekomen dat de groep feitelijk tweetalig is, maar de officiƫle papieren worden in het Nederlands ingevuld.
Met 18 verkenners (de huidige JVK + VK's samen) en enkele wolfjes nemen ze een bescheiden start.
In 1939 vertrekken ze met 24 verkenners op hun eerste zomerkamp in Dilbeek.
Dan breekt de oorlog los. Toch blijft de groep bestaan.
In 1941 worden de verkenners gesplitst in een juniortroep (de huidige VK's) en ook de welpentak dient gesplitst te worden door het groot aantal leden.
Niets dan optimisme dus tot in 1942 op het kamp te Drongen. Gaston Marchal (pelikaan), die aktief was bij het verzet samen met enkele leiders worden opgepakt door de Duitsers. Hij zal niet meer terugkeren.
Mr. Carels (Bever) zal de groep echter verder uitbouwen.
Bij het 10 jarig bestaan komt er een tentoonstelling en een openbaar kampvuur.
De 5de VVKS mag er wezen, in techniek, sport, contact met de omliggende enz.. altijd is de vijfde er bij.
Bij groepsfeesten worden er telkens een Vlaams en een Frans toneelstuk opgevoerd.
Maar de groep kent niet alleen up's, er zijn ook down's. Zo is er een dieptepunt in 1956.
Dit is het jaar dat de groep zich splitst in een Vlaamse en Franse groep.
De Franse groep behoud de oorspronkelijke naam, de vlaamse groep krijgt een nummer bij het verbond.
De naam wordt gekozen naar pater Lievens die 100 jaar voordien overleed. Het werd dus de Lievensgroep.
Guy Auwerx, J.P. Duchatelet, Herwig Van Hove en anderen vertrekken dat jaar voor hun eerste kamp naar Genk.
De splitsing werpt al gauw zijn vruchten af, want de groep herleeft.
Van dan af zal de groep steeds twee vieringen hebben, de verjaardag van het ontstaan van de Lievensgroep, enWe schrijven 1938. die van het ontstaan van de groep in Woluwe.
Ook wat de behuizing aangaat heeft de groep een hele geschiedenis.
De oorspronkelijke lokalen van de groep was een "barak" gelegen op ongeveer 100m van het gemeentehuis van S-P-W.
Daarna werd de groep ondergebracht in de kelders van de St-Pieters Kerk.
De welpjes kregen lokalen in het S-J-C (in de oude gebouwen die nu bezet zijn door Jean XXIII)
Nog later werd de groep ondergebracht op een terrein van de parochie in de kleine Kerkstraat 18. Er was een houten lokaal voor de JVK, een ander voor de welpen en tenslotte een oud gebouw voor de verkenners en de JIN.
In 1983 beslist de parochie echter het terrein ook te willen gebruiken. Ongeveer gelijktijdig werd het lokaal van de verkenners door een brand volledig in de as gelegd.
Na veel discussie en over en weer gepraat wordt er beslist het welpenlokaal uit elkaar te halen en het JVK lokaal te verlengen om er alle takken in onder te brengen.
De parochie legt beslag op het hoger gelegen deel van het terrein en zet er een lokaal op voor eigen gebruik.
Het aantal Nederlandstalige inwoners van Woluwe blijft ondertussen steeds afnemen. De Lievensgroep recruteert vooral in het S-J-C en de leden komen van ver. Bovendien zijn er in Woluwe drie scouts groepen actief (Kruisboog, Mooibos en Lievensgroep). Door het steeds afnemende aantal leden werd er in 1992 dan ook beslist om een fusie aan te gaan met de groep van Mooibos.